HERVE FISCHER : KUNST EN DE NIEUWE PLANETAIRE ESTHETIEK
Une Sociétè Planétaire |
Van de Franse-Canadese kunstenaar Hervé Fischer (°1941,
Bourg-La-Reine, Fr) is in het Centre Pompidou te Parijs, in een ruimte
aansluitend bij de verzameling hedendaagse kunst, een prachtige
overzichtstentoonstelling geopend. Fischer legde in 1970 de basis van zijn
project L'art Sociologique dat in
2017 een voorlopig einde kent met 'Tweet Art on Air'. De wereld onderging de
laatste 50 jaar een enorme digitale (r)evolutie en vermits kunst deel uitmaakt van
de maatschappij is het voor Fischer vanzelfsprekend dat hedendaagse media door
kunstenaars worden gebruikt en er invloed op uitoefenen. Twitter is een van deze
mogelijkheden die in 1970 ondenkbaar waren voor kunstenaars. Van digitalisering
was nog geen sprake, computers bestonden op het niveau van de militaire
uitrusting en in grote bedrijven waar automatisering in de plaats kwam van
handenarbeid. In 1970 gebruikte de kunstenaar Fischer stempels om zich uit te
drukken en sloot zich op die manier aan bij de kunstenaars die een breuk met
het verleden uitlokten en een nieuwe esthetiek in de kunstwereld brachten. De
stempelwerken waren voor de kunstmarkt geen handelswaar. Even later maakte hij
zijn handen schoon aan rolhanddoeken waarmee hij symbolisch afscheid nam van de
kunstgeschiedenis. De tentoonstelling documenteert deze evolutie in zijn oeuvre
zonder al te veel franjes maar sec zoals het sociologisch discours van Fischer
dat ook verlangt.
Essuie-Main Hygiénè de L'art |
Hervé Fischer studeerde sociologie aan de Sorbonne en deze
kennis heeft hij meegenomen in zijn artistieke praktijk. De verbinding tussen
maatschappij en kunst en vise/versa daar gaat het om en sociologie is een menswetenschap
die deze relaties onderzoekt. Kunst kan niet los worden gezien van de
maatschappelijke evoluties en is het eigenlijk aan zichzelf verplicht om dit
contact te onderhouden en het te laten weerspiegelen in de uitdrukkingsvormen
die kunstenaars gebruiken. Om deze relatie te benadrukken maakt hij gebruikt van
herkenbare objecten zoals signalisatieborden die in elke straat voorkomen. Zij
organiseren namelijk een deel van het maatschappelijk patroon waarin we leven.
Hoe kan een kunstenaar interveniëren in deze patronen en hoe
reageert de maatschappij? De signalisatieborden die hij plaatst zijn geen
verbodstekens maar vraagtekens in combinatie met teksten die de mensen
aanzetten tot nadenken en deelnemen. "Avez-vous quelque chose a déclarer" staat er onder
het woord "ART" met vraagteken. Het bord ligt nu in een immense
uitvergroting op het plein voor het Centre Pompidou, trekpleister voor vele
kunstliefhebbers. Men kan er onmogelijk naast kijken. Het is zijn merkteken
geworden. Wie zonder reactie blijft kan terecht in de in de 'Pharmacie Fischer'
waar Fischer, in wit gekleed als een echte farmacieën, tijdens zijn
performances doosjes met pillen uitdeelt en de mensen goede raad geeft waarmee
ze hun creatieve libido kunnen aanwakkeren.
Fischer volgde geen opleiding aan een kunstschool maar
leerde schilderen bij een lokale kunstenaar. Hij kwam al snel tot de
vaststelling dat hij de bestaande kunstevoluties imiteerde en voelde zich in
die omstandigheden geroepen om een zondagschilder te worden. Dat wou hij niet,
hij verscheurde zijn schilderijen en isoleerde ze in een hygiënische verpakking
van doorschijnende plastiek.
Vervolgens vroeg hij andere kunstenaars om hetzelfde te doen. 300 van hen stuurden hem een werk op dat hij verscheurde en afzonderlijk inpakte. In 1974 nodigde ik hem uit voor een actie "artistieke gezondheidszorg" aan de Universitaire Instelling Antwerpen (UIA) waar hij werken van enkele Belgische kunstenaars verscheurde en inpakte. De verzameling maakt deel uit van de tentoonstelling. Het lijkt er op dat Fischer met zijn actie 'La Déchirure des oeuvres d'Art' een epidemie heeft willen voorkomen door een generatie jonge kunstenaars tot nieuwe inzichten te brengen.
Vervolgens vroeg hij andere kunstenaars om hetzelfde te doen. 300 van hen stuurden hem een werk op dat hij verscheurde en afzonderlijk inpakte. In 1974 nodigde ik hem uit voor een actie "artistieke gezondheidszorg" aan de Universitaire Instelling Antwerpen (UIA) waar hij werken van enkele Belgische kunstenaars verscheurde en inpakte. De verzameling maakt deel uit van de tentoonstelling. Het lijkt er op dat Fischer met zijn actie 'La Déchirure des oeuvres d'Art' een epidemie heeft willen voorkomen door een generatie jonge kunstenaars tot nieuwe inzichten te brengen.
In het verleden introduceerden de impressionisten een nieuwe
manier van kijken naar de natuur maar voor Fischer was de actie
"artistieke gezondheidszorg" zijn bevrijding om te ontsnappen uit de
tradities. Tezelfdertijd ontstond er in Frankrijk ook de beweging 'Support/Surfaces'
die het bourgeois karakter bij kunstpresentaties van zich afwierpen door
schildersdoeken rechtstreeks op de muur aan te brengen zonder chassis[i].
In 1974 delen twee andere kunstenaars, Fred Forrest en Jean-Paul Thenot, zijn visie en ontstaat het 'Collectief d'Art Socilogique' dat enkele jaren zal standhouden maar weer split als gevolg van meningsverschillen over de basisinhouden. L'art Sociologique wordt gevoed door een ideologisch en theoretisch concept, en een openbaar discours over kunst en communicatie. Fischer beperkt zich niet tot de creatie van kunst in de traditionele betekenis van het woord maar hij publiceert verschillende boeken waarin hij zijn maatschappelijke visie over kunst verklaart en verantwoord. Zo kondigt hij het einde van de avant-gardes aan want die zijn eigenlijk maar een verlengstuk van de kunstgeschiedenis die volgens hem haar einde heeft gekend: "L'Histoire de l'art est terminée".
Zaalzicht Centre Pompidou |
Een belangrijk element in het oeuvre van Fischer is de
verregaande belangstelling voor rechtstreekse communicatie met en onder de
mensen. Zo doet hij interventies in de diverse steden waar hij dalogen
organiseert tussen de wijkbewoners van residentiële en armlastige buurten en
specifieke bevolkingsgroepen. In Perpignan, stad met Catalaanse roods, gaat hij
gesprekken aan met de zigeuners die een specifiek deel zijn van de bevolking en
met bewoners van twee andere wijken. In Amsterdam zet hij, met de medewerking
van het kunstencentrum De Appel, een project op met de bewoners van de 'Jordaan'
een authentieke volkswijk. Fischer vraagt de Jordaners om een week lang over
zichzelf schrijven in het dagblad Het Parool, de meest gelezen krant in de
stad. Hij opent er een tijdelijke ontmoetingsruimte en doet beroep op de
creativiteit van de bevolking, studenten voor het veldwerk en professionele medewerkers
van de krant om het project finaal mee te helpen vormgeven. Een
multidisciplinair uitwisselingsprogramma ontstaat waarbij de inbreng van de bevolking
en de communicatie strategie van de kunstenaar Hervé Fischer een realtime resultaat
opleveren.
In Quebec, waar Fischer in het midden van de jaren '80 naar immigreert, maakt hij kennis met de numerieke wereld van diagrammen en barcodes. Een "nouvelle nature" die verschillende nieuwe utopieën veropenbaart. Hij bestudeerd de abstracte codes die gebruikt worden in de financiële- en economische wereld of om ecologische evoluties aan te duiden in wetenschappelijke publicaties. Het zijn doorslagen van maatschappelijke evoluties en sluiten naadloos aan bij de sociologische praktijk van Fischer. Achter de codes zit een realiteit die hij zal gebruiken. Maar dit levert hem een paradox op hen want het doet hem terugkeren naar de schilderkunst die hij eerder heeft afgezworen. "Je kunt niet schilderen zonder fundamenteel na te denken", verklaart Fischer zijn terugkeer naar het canvas. De schilderijen bestaan uit numerieke gegevens en diagrammen zoals in de wetenschappelijke publicaties. Ze kunnen gelezen worden door gebruik te maken van de digitale app's aanwezig in de smartphones. Men hoeft het toestel maar voor het schilderij te houden om te lezen wat op het schilderij te zien is. Het kunnen portretten zijn met de kleinkinderen van Fischer, een traditionele 'Nature Morte' of de transacties van de kunstmarkt. De codeschilderijen verduidelijken de numerieke wereld waarin we ons vandaag bevinden. Voor de modale gebruiker zijn barcodes een mysterie, na het lezen van Fischers schilderijen is het dat niet meer. Ze zijn tegelijk imaginair en werkelijkheid.
Voor de tentoonstelling in Centre Beaubourg gaat hij met een Twitter account (Follow @TweetArtOnAir), voorlopig zijn laatste stap, op zoek naar antwoorden van de bezoekers op de vraag: "Welke maatschappij willen jullie?". Gelijkaardige interventies die hij vroeger uitvoerde via krantenadvertenties leverden tot 8000 respondenten op. Hoeveel antwoorden de Twitter actie zal opleveren is onvoorspelbaar. De individualisering van de maatschappij maar ook de elektronische informatie die ons seconde per seconde op de hoogte houdt van de evoluties in de wereld kunnen standpunten snel doen wijzigen. Transparantie in realtime is goed maar tegelijk gevaarlijk, niemand kan nog geïsoleerd leven. En ook kunst kan zich vandaag razendsnel verspreiden binnen de nieuwe planetaire esthetiek die is ontstaan.
Roger D'Hondt
Tot 11 september: www.centrepompidou.fr
Foto's:
Essuie-Main Hygiénè de L'art en Une Sociétè Planétaire (Centre Beaubourg)
andere New Reform.
Hervé Fischer,
curated exhibitions by Roger D'Hondt: 'Creative Postcards' New Reform mei 1973,
'One Day Show' Jan Van Eyck academie Maastricht(NL) maart 1974, 'Kunst en
Informatie' in Universiteit Antwerpen mei 1974, 'Je Propose de dechirer et mettre sous sachetes plastiques hygieniques
les oeuvres des artistes Belges que m'em apporteront', performance, Universiteit
Antwerpen 20 mei 1974, 'Nacht van de avant-garde', performance New Reform 3 mei
1975, 'Facades et Intérieurs', Paraza (Fr), augustus 2010.
[i] Op
13 oktober opent in het Carré d’Art–Musée d’art contemporain te Nimes een
overzichtstentoonstelling van Support/Surface.
Reacties
Een reactie posten