ECHOS DU PASSE - PROMESSES DU FUTURE IN MAC LYON

Adrien M & Claire B, Core 2020 (foto New Reform)



Met ‘Echos du passé, promesses de future’ trekt ook het Musée d’art contemporain (MAC) in Lyon de kaart van de nieuwe artificiële technologieën in de kunstwereld. De beweging naar digitale kunstvormen is al enkele jaren aan de gang in de ateliers (labo’s?) van de jongere generatie kunstenaars. Nu steeds meer musea zich openen voor deze kunstvorm wordt het alternatieve circuit waarin de kunstenaars tot op heden werkten veropenbaard en geofficialiseerd. De curatoren Matthieu Leliévre en Marilou Laneuville hebben 45 kunstenaars samengebracht op de drie verdiepingen van het MAC die zowel het verleden als de toekomst van de digitale kunst belichten.

De tentoonstelling is in meerdere delen opgesplitst. Zo is er een kort historisch overzicht met werken van onder meer Nam June Paik (1932-2006) en Wolf Vostell (1932-1998) die als pioniers video’s en geluidtechnieken, afgeleid van elektromechanica, in hun oeuvres installeerden.  Weinigen zullen, door de snelle evolutie in de ontwikkeling van computers, zich de Sonny Rover Portapak uit 1967 herinneren waarmee kunstenaars hun eerste stappen zetten in deze nieuwe wereld. Maar curator Matthieu Leliévre toont ook werk van Gottfried Honegger (1917-2016), de Zwitserse grondlegger van de concrete kunst. Computer denken zal bij afwezigheid van het toestel wel niet zijn ding zijn geweest maar zijn drang naar pure voorstellingen van kunst kan in zekere zin worden gelijkgesteld met het artificiële in de nieuwe kunstvormen.

Vandaag loop je in Lyon over elektronische vloertegels van de Duitser Jan Knopp (1970). ‘News from an Unbuilt City” noemt het werk dat geluiden van een imaginaire stad opwekt. De geluiden zijn door de kunstenaar vooraf ingesteld maar door van de ene naar de andere tegel te stappen bepaal je zelf de diversiteit. Mathieu Briand (Fr 1972) laat de toeschouwers, een per een, experimenteren met bewegen op een klassieke trampoline. 76 camera’s houden u in het oog en brengen de numerieke werkelijkheid van uw  bewegingen in beeld op een groot scherm. Adrien M & Claire B (Fr 1979 en 1978) hebben een installatie opgebouwd met een projectiegrootte van 100 m2. Men begeeft zich in een gesloten ruimte waar tegen een zwarte achtergrond witte lijnen en stippen in beweging worden gebracht. Het lijkt op een spektakel maar de minutieuze computertekeningen die zich tegen de wanden afzetten brengen u bij andere inzichten. Je kan het werk beschouwen als een levend kinetisch werk. Samen me de speciaal voor dit oeuvre gecreëerde muziek van Olivier Mellano  komt u in een meditatieve extase.

Een belangrijk deel van de expo is voorbehouden aan kunstenaars die de natuur figuurlijk integreren in een nieuwe werkelijkheid. Digitale aquarellen die planten, dieren en andere wezens voorstellen zijn door AI-technologie met grote nauwkeurigheid tot echtheid gebracht. Gelukkig zijn de figuren door de kunstenaars zelf bedacht en ontworpen met de AI-toepassingen. In dit geval zitten ze aan de spreekwoordelijke knoppen. Er is een grote diversiteit aan mogelijkheden. In een aantal gevallen bepaalt u zelf, zonder aan het werk te raken, het uitzicht van het object. Geïntegreerde censoren en camera’s zorgen ervoor dat de figuren tot leven komen naargelang de toeschouwer in de nabijheid komt van het object. De beelden zijn met een grote preciesheid en vol onverwachte kleuren te beschouwen, maar misschien is het toch niet de bedoeling om nieuwe Van Gogh’s of Matisse’s te creëren. Ik zie dat niet graag gebeuren, maar door de veelheid van dergelijke werken in deze tentoonstelling hou ik mijn hart vast. Schoonheid nastreven is een ding maar werken met AI als gereedschap vraagt nieuwe uitdagingen. Het kan ook zijn dat de AI  kunstenaars beïnvloed zijn door de wave aan figuratieve kunst die momenteel de kunstmarkt overspoeld. Neemt niet weg dat ze met de huidige beschikbare middelen andere horizonten kunnen opzoeken.

In die zin werken Eva & Franco Mettes (IT1976) aan een vooruitstrevend doel. Ze ontmoeten elkaar als klasgenoten in het middelbaar onderwijs met interesse in computers. Hun eerste intentie was om kunst te maken met het internet als drager of zeg maar verspreider en zo een internetcultuur te ontwikkelen. Zo maakten ze digitale reenactements van historische performances zoals ‘Imponderabelle’ van Abramovic/Ulay en ‘Shoot’ van Chris Burden. De beelden lijken op het eerste zicht een vorm van animatiefilmpje te zijn, maar zijn volgens de kunstenaars afgeleid van eerdere opnames bij de uitvoering van de performances die ze trouwens zelf nooit hebben kunnen bijwonen. Ze zijn te zien in het MAC. Sindsdien is het oeuvre van Eva & Franco Mettes fel geëvolueerd. Ze bouwen nu sculpturen met kabelgoten langs dewelke ethernetkabels zijn gewikkeld die de stromen van het computerprocessoren en het internet geleiden. Ze noemen de werken ‘zelfportretten’ maar dan ontwikkeld zoals de structuren die zich verhouden in de interne keuken van de computernetwerken. 

Reacties